‘I see the deepest greens,’ rapt Open Mike Eagle in het nummer Qualifiers, ‘I hear the darkest blues.’ 302K views heeft de videoclip in acht jaar gehaald, zie ik. Niet belangrijk, maar toch kijk ik altijd even naar dat cijfertje. ‘G-g-get up and dance. G-g-get up and dance.’ Tof dit. En dansen… ja, daar heb ik wel oren naar. Ik was nog niet heel bekend met het werk van deze rapper, maar de hiphopprogrammering in BIRD is on point als vanouds. Ik koop een ticket.

Het is de hoogste tijd om wat leuks te doen. Ik was weer te druk met mijn werk en liep al een tijdje op mijn reserves. Ik besloot een weekje niets te doen. Na twee werkdagen lummelen besloot ik dat het twee weken moesten zijn: ik snakte naar afstand van de productiviteit. Soms is het lastig om als zzp’er die balans te vinden. Mijn werk is doorgaans leuk en er is altijd dat stemmetje dat zegt dat je moet rennen: You snooze, you lose; de monden van mijn kinderen te voeden, van dattem.

Door de drukte was ik zelf de magic even kwijt. Dat de deadlines van twee grote projecten samen vielen schreef ik toe aan onvoorziene omstandigheden, waaronder een pandemie. Stiekem weet ik dat de speling erg minimaal was. Die volgestouwde agenda is een steen waaraan velen van ons zich steeds stoten: we vergeten soms dat een mens om te ademen lucht nodig heeft.

Support act Video Dave speelt die avond zijn nummers met een aanstekelijk enthousiasme. Zelfs van zijn sales-pitch heeft hij een programma-onderdeel gemaakt: hij toont een slideshow met beelden van de vilten doodskistminiaturen, die hij maakte uit verveling tijdens de pandemie. Ik probeer te schatten wat de heren met de pak-em-beet zestig verkochte kaarten over zullen houden aan de show. Er komt geen exact getal uit, maar ik vrees dat er vilt verkocht moet worden.

Open Mike Eagle rapt naadjestrak en bedient en passant de drumpad die hij tussen zijn onderarm en zijn borst klemt. Ik geniet van de regels die hij schreef en de sound die hij goedlachs en zorgvuldig neerzet. Hij dropt een foutloze freestyle waarin hij Rotterdam op Bomberman rijmt. Open Mike heeft er overduidelijk schik in en ik voel weer even waarom ik zelf ooit begon te rappen. Boort hij daar mijn zin om te schrijven nou weer aan? Dit is die magic! Vooruit, nog een biertje, dit houden we vast.

Dan kondigt Open Mike aan dat er nog tijd is voor één laatste liedje. Een toegift zit er niet in. De zaal moet immers – ook dát is BIRD – geveegd worden voor de uitverkochte clubavond. Temidden van vertrekkend publiek met vinyl onder de arm en vilten miniaturen in de jaszak worden de paaltjes met linten klaargezet die zometeen de rij moeten bedwingen. Geen conversaties aan de bar en geen DJ met fijne hiphoptunes om de magic te consolideren. Ik stap op mijn fiets en draai Qualifiers op mijn koptelefoon. Onderweg zie ik het diepste groen en hoor ik de donkerste blues. En ik besef hoe er moois kan ontstaan als je ruimte creëert.

Column voor Vers Beton. Illustratie: Robin Duister.